Podcast 4 juli • Israël: Hoe het Evangelie ons wakker schudt (Deel1)

July 04, 2025 00:57:29
Podcast 4 juli • Israël: Hoe het Evangelie ons wakker schudt (Deel1)
Christenen voor Israël
Podcast 4 juli • Israël: Hoe het Evangelie ons wakker schudt (Deel1)

Jul 04 2025 | 00:57:29

/

Show Notes

(Deel1) Als mensen in de kerk zeggen niet zoveel met Israël te hebben of als in de samenleving de Jodenhaat springlevend is, waar komt dat dan vandaan? In twee studies gaat Ds. Henk Poot daar op in en hij nodigt ons uit om eens anders naar Johannes en Lucas te kijken.

View Full Transcript

Episode Transcript

[00:00:06] Goedendag kijkers en luisteraars. Je ben ik weer, zou ik bijna zeggen. We staan aan het begin van een tweeluik. En in dat tweeluik wil ik het met u hebben over Israël natuurlijk. Daar gaat het heel vaak over, over Israël. Wat is er met Israël aan de hand? En waarom is er zoveel zegen vanuit Israël, maar ook zoveel narigheid en zoveel jodenhaat, zeg maar. [00:00:33] Daar zitten we middenin. Dat grijpt om zich heen. En als we het daar dan over gehad hebben, wil ik graag gaan luisteren naar... Maar wat heeft het nou met de kerk te maken en wat heeft het te maken met ons verstaan van de Bijbel? Wat is er gebeurd? Dan ga ik in de eerste... [00:00:50] In de lezing ga ik een stukje Johannes' Evangelie doen. Dat is wel bekend, daar heb ik al eerder over gesproken. En dat is eigenlijk het jongste evangelie, zeg maar, volgens de laatste onderzoeken. En dan gaan we vervolgens in de tweede serie gaan we over naar het Lucas' Evangelie. Volgens sommigen het laatste evangelie wat geschreven is. En hoe het nou komt dat Lucas dat evangelie geschreven heeft waarschijnlijk, Wat had hij op het oog? Wat was zijn bedoeling? Er zijn andere evangelieën ook. En dan spreken we ook over de afslag die de kerk genomen heeft. En waardoor we eigenlijk nog steeds worstelen met Israël. Tenminste, worstelen. Sommige mensen dan niet meer. Maar waarom je nog steeds ziet dat Israël geen plek heeft in een aantal kerken. Maar goed, voordat we Daarmee gaan beginnen wil ik met u deze eerste lezing ook openen met het gebed. Heel God in de hemel, God van Abraham, Isaac en Jacob, hoe zouden we spreken over uw weg met Israël? Hoe zouden we spreken met uw weg met de gelovigen uit de volkeren? Hoe zouden we uw Bijbel openen als u er niet bij zou zijn als we ons niet mochten laten lijden door uw heilige geest en dat is wat we vragen bij het spreken, bij het luisteren dat we geleid mogen worden door door de waarheid die u openbaart dat we niet spreken over een bedekte evangelie maar over het volle evangelie wilt u ons daar alsjeblieft bij helpen zodat we ook in deze roerige tijd waarin In een samenleving leven die u heeft buitengesloten in grote delen, nog steeds de goede boodschap mogen laten horen en dat we volharder in het geloof daarin en dat we voet bij stuk houden en dat we ook getroost worden door uw woordje dat zegt dat we niet zijn overgeleverd aan de grillen van mensen, maar dat u dwars door de geschiedenis heen op weg gaat naar uw koninkrijk. Zo wil ons laten leiden door uw geest, om Jezus wil. Amen. [00:03:13] Ja, Israël, ik wil beginnen bij het lezen van Genesis 12 vers 1 tot en met 3. Je zou kunnen zeggen dat het daar in de Bijbel begint. Niet helemaal natuurlijk, maar dan neemt het langzamerhand vaste vormen. Na de torenbouw van Babel laat God deze wereld niet in de steek en hij roept een mens en zijn vrouw Abraham en Sarah en hij begint met hen aan een lange weg die zal uitmonden in het ontstaan van het volk Israël en verder in de goede boodschap naar de wereld toe. En het verzamelen uiteindelijk van de tijden tot het Koninkrijk van God. De Heer en U zei tot Abraham, ga uit uw land en uit uw maagschap en uit Uw vaders huis naar het land dat ik U wijzen zal. [00:04:05] Ik zal u tot een groot volk maken en u zegenen en uw naam groot maken en gij zult tot de zegen zijn. Ik zal zegenen wie u zegenen en wie u vervloekt zal ik vervloeken. Met u zullen alle geslachten van de aardbodem gezegend worden. Andere vertaling hebben in uw zaad en dan denken we natuurlijk aan de Heer Jezus, in uw zaad zullen alle geslachten van de aardbodem gezegend worden. Wat opvalt is dat deze mens niet roept naar God, maar God roept hem. God roept Abraham. En dat is zo wezenlijk eigenlijk voor heel onze omgang met God, voor ons leven met God. God breekt in, in ons leven, in ons bestaan. En dan hoort Abraham de stem van God en dan zegt God tegen hem dat hij hem tot een groot volk zal maken en dat hij daarom ook zijn land moet verlaten en zijn stam, zijn klen moet verlaten en dat God hem brengt naar het land dat God hem zal wijzen. En dat is belangrijk. God brengt Abraham vanuit het Tweestromeland, vanuit Urda-Gaudeeë, vanuit Haran, brengt hij hem naar de plek waar God alles wil laten gebeuren. Het centrum van de aarde blijkt dat te zijn. De navel van de aarde. Waar het allemaal begonnen is bij de schepping ook. Waar het paradijs was volgens de wijze van Sion. En ik geloof dat ook. Van God is heel de schepping, heel het universum. Maar er is één plek, dat noemt hij zijn erfdeel. Er is één plek waar God als het ware vaste grondkist in deze wereld. Het bruggenhoofd van God op aarde. En daar brengt hij Abraham naartoe. En daar zal straks ook dat grote volk, wat uit Abraham en Sarah geboren zou worden, gaan wonen. We lezen nog meer. We lezen dat hij tot een zegen zal zijn en we lezen ook dat God zal zegenen wie de mensen die Abraham en Israël straks zullen zegenen, want deze belofte gaat door. Die gaat van Abraham naar Isaac en van Isaac naar Jacob en zo naar de kinderen van Israël. Maar ook Wie u vervloekt, zal ik vervloeken. En uiteindelijk zullen in uw zaak met u alle geslachten van de aardbodem gezegend worden. Daar gaat het dus uiteindelijk om in de geschiedenis die God hier begint. Zegen en vloek. Dat ligt in Israël heel dicht bij elkaar blijkbaar. Als Israël het land Het beloofde land binnenkomt, het erfdeel van de heren. Dan is ook de eerste plek waar ze komen twee bergen, de Gerizim en de Ebal. En de ene berg is de berg van de Zegen en de andere is de berg van de Vloek. Zegen en Vloek liggen in het bestaan van Israël dicht bij elkaar. [00:07:12] We waren een tijdje geleden in een settlement daar in de buurt bij Nablus, bij het oude Sighem, bij de Berg van de Vloek en van de Zegen, Itamar. En daar hebben ze een film opgenomen over dat dorp dat heel groot geworden is. Dat gaat om honderden woningen die daar staan. En die film hebben ze genoemd de Blessing en de Curse, de Vloek en de Zegen. De Blessing omdat ze het land daar weer tot bloei hebben gemaakt, de inwoners in Itamar. Maar ook de Curse, de Vloek, omdat meer dan dertig inwoners van Itamar in de loop van de jaren omgekomen zijn door terroristische aanslagen. [00:07:59] Zegen. Ja, dat moet je bij Israël wel zeggen, want Israël heeft de wereld bekendgemaakt met de enige ware God. En als we de geschriften van Israël lezen, die God aan Israël geopenbaard heeft, dan is hij ook de enige, de anderen zijn schijngoden, zijn zelfs gruwen. God gruwt ervan als een volk het vertrouwen stelt op een van die goden die mensen zelf gemaakt hebben. [00:08:26] en waar achter blijkbaar meer zit dan alleen het maatstof van mensen, maar zelfs demonische krachten. Ze hebben de wereld ook bekendgemaakt met de Bijbel, ze hebben de wereld bekendgemaakt met de Messias, met de koning van de eindtijd, die eenmaal over Israël en over heel de wereld zal regeren als het Koninkrijk van God op deze aarde aanbreekt. [00:08:50] Je zou kunnen zeggen, met Israël is het begonnen. Dat zegt de Bijbel ook. Je zei ja, 43 vers 7, wat ik heel vaak aanhaal, daar staat, het volk dat ik voor mijzelf geformeerd heb, dat zal mijn lof verkondigen. Later zullen sommige mensen in onze tijd zeggen, ja, God heeft net zoveel met Israël als met België, om maar een land te noemen. Maar ik zal niet zeggen dat God niet van de Belgen houdt, daar gaat het niet om. [00:09:19] Maar Israël is anders. Van Israël staat er dat God het geformeerd heeft, gevormd heeft voor zichzelf om zijn naam te eren. En van Israël staat ineens in Geel 43 vers 7 dat God in het midden van Israël wil wonen. En dan zegt hij over Jeruzalem, dit is de plaats van mijn troon, dit is de plaats van mijn voedsel, hier zal ik wonen in het midden van de kinderen Israëls. En het volk Israël hoort daar ook. [00:09:48] Afgezien van de actualiteit van deze tijd, waarin men net doet alsof Israël in de twintigste eeuw daar is komen kijken. Maar Israël, Joden hebben door de eeuwen heen, soms wat meer, soms wat minder, altijd in Israël gewoond. Eigenlijk zou je kunnen zeggen, als je naar de geschiedenis kijkt, dat de Arabieren nieuwkomers zijn en niet de Joden. Met hen is het begonnen. [00:10:15] En je leest in de Bijbel hoe enig God met dat volk omgaat. Hoe boos die kan worden als het volk zich van hem afkeert. Maar hoe hartstochtelijk hij dat volk lief heeft. Hij noemt het mijn eerstgeboren zoon. Hij noemt het mijn bruid in de profeet Hosea. Hij noemt het mijn oogappel in de profeet Zacharia. En het land waar Israel woont is het Siraatland, Daniel. [00:10:46] Het is niet alleen in de tijd van de Bijbel dat Israël de zegen de wereld in brengt, maar dat gaat door de eeuwen heen tot op de dag van vandaag. Hoeveel Nobelprijswinnaars zijn er niet die uit Israël komen? En hoeveel vindingen worden er niet gedaan in Israël op het gebied van de medische wetenschap? [00:11:05] Kort geleden nog, iets over leukemie. Israel is echt bezig om de wereld te zegenen. En dat zegt de Bijbel ook. Israël zal de wereld met haar vruchten vervullen, staat er in Jezus. Maar er is ook de vloek. En die vloek is er eigenlijk altijd geweest. Altijd is er strijd tegen dat volk. We lezen daarover in Psalm 2 dat de koning zegt, wat bezielten volkeren toch, waarom woeden ze zo? Waarom moeten ze ons hebben? En dat gaat de geschiedenis door. Om een sprong te maken in de middeleeuwen, dan zijn er hele grote pestepidemieën. [00:11:50] En het Joodse volk die heel nauwgezet zich aan de voorschriften en reinheidsvoorschriften houdt, die blijken daar minder last van te hebben dan de rest van de bevolking. En dan richt de rest van Europa zich op al die Joodse gemeenschappen. Honderdduizenden Joden worden over de kling gejaagd met de beschuldiging dat zij het zijn die de rest van Europa vergiftigd hebben. Het is de middeleeuwen. Ik hoef u niet te vertellen over Nazi-Duitsland. [00:12:21] Hoe op een bijna, of een bijna, eerst anderhalve miljoen als het niet meer zijn in de Oekraïne. De Oekraïne is doordrengd met Joods bloed. Vaak was het zo als de Duitsers kwamen dat het geweld al gebeurd was. Zeker in Estland en Letteland en Litouwen dan was de plaatselijke bevolking al bezig om de Joden op het marktplein te vermoorden. [00:12:45] En later in de concentratiekampen. Niet alleen maar Auschwitz, niet alleen maar Sogibor. Er zijn er tallozen geweest waar de Joden vermoord werden. En dat gaat door. Nu ook. Er is maar even iets voor nodig of Joden krijgen overigens de schuld van. Joden zouden kindermoordenaars zijn. Ik was in mei in Israël en ik heb gesproken met een aantal oude vrienden van me waarvan de kinderen en kleinkinderen in het leger zitten. [00:13:14] En ik vroeg aan een van hen, aan David, in een dorpje boven in Joegusten. Ik zeg, hoe is het met de jongens? Met Levi, een van de jongens, is al een half jaar in Gaza. Ik zeg, houden ze het een beetje vol? En toen vertelde hij dat Levi het had meegemaakt. Dat er een jongen bij hem was die nog maar een week daar gestationeerd was. Die was nieuw en die wist nog allemaal niet zo goed wat hij kon meemaken. En het gebeurde dat ze een bepaald gebied hadden vrijgemaakt van burgers. Die worden dan gewaarschuwd om weg te gaan. En dan gaan ze naar scholen in. En dan gaan ze naar moskeeën in en ziekenhuizen in. En dan heb je dan die confrontatie met Hamas. Daar vertelden ze, ze weten precies waar ze moeten zijn. [00:14:01] Als ze bij een huis zijn, gaan ze eerst naar de kinderkamers, want daar vind je de wapens en daar vind je de ingangen naar de tunnels. Maar hij vertelde ook iets anders. Hij vertelde, terwijl ze zo'n gebied hadden leeggemaakt, dat er van die spotters zijn. Dan zie je ineens op een afstand een man op een balkon staan met een baby voor zijn borst. En die geeft dan door waar de militairen zich ophouden. En zo kwam er ineens een jongetje van vijf jaar naar die militairen toe lopen, uit het niks zou hij zeggen. [00:14:32] En die vroeg om water. Mayem, mayem. En die kameraad van Levi, die pakt zijn fles water en die wil dat water naar dat jongetje toe brengen. En Levi zegt, niet doen, niet doen. En voordat hij het weet, wordt dat jongetje opgeblazen. Op een afstand, door Hamas. [00:14:52] En die jongen die er net is, die heeft scherven van granaten ofzo, heeft hij in zijn lijf toen wordt weggevoerd, maar die zit onder het vlees van dat jochie van vijf. Het is dat er een muurtje, een beetje een muurtje tussen stond, vertelde David, anders was hij er niet meer geweest. Op afstand blazen ze hun eigen kinderen op. Waarom is die haat zo diep? En waarom gaat het zo fanatiek? [00:15:24] Waarom haten mensen van Hamas, de joden, meer dan dat ze het leven van hun kinderen lief hebben? Waar komt die haat vandaan, die jodenhate? Eigenlijk is er maar één antwoord, maar het uit zich in verschillende vormen. [00:15:42] Als we naar de Bijbel kijken, zien we de vader ook, we zien Amelek, we zien Haman, om die laatste naast te nemen. Waarom wil Haman nou dat hele volk uitroeien? Wat bestield hij? Wat is de reden? Nou, Haman was een hele belangrijke man aan het persische hof en dat liet hij ook zien, af en toe met veel, veel... [00:16:07] veel kabaal zou je bijna zeggen, met veel franje en zo liet hij zich op een paard door de hoofdstad heen rijden en iedereen die boog voor hem als een knipmes want er was een hele hoge edelman aan het hof van de koning waar niemand ooit bijna iets van zag. Die man die was zo heilig in de ogen van het volk dat hij zelfs achter een soort sluiers en eten kreeg. Speciaal eten, wat speciaal voor hem was gegroeid. En Hamer zit daar heel dichtbij. En iedereen die boog voor hem, behalve de Jood-Mordecai, die weigerde te bukken. Is het dat. Is het dat. Is het dat wat straks ook in het gisterdom zal komen, wat in de islam komt. [00:16:59] Wat de VN in zich draagt, dat dat kleine volkje, dat stipje daar in het Midden-Oosten en dat kleine groepje mensen in deze wereld weigert te buigen voor ons. Weigert te accepteren dat wij het nu zijn. [00:17:19] Gewoon verder gaat met het geloof dat zij het exclusieve bezit van God zijn. Niet het enige, maar wel een hele bijzondere relatie met God hebben. Dat dat irriteert. Dat ze niet meegaan in het idee dat de anderen het zijn. Heeft het te maken met de eerste, met de grote oerzonde. De arrogantie. Waar joden niet in meegaan. [00:17:50] Joden staan ons in de weg. Eigenlijk zitten wij op de troon. En dat zou iedereen moeten begrijpen en erkennen, maar zij doen dat niet. En als er dan mensen zijn die Israël lief hebben, en dan ook nog het goede van Israël zoeken, en dan ook nog van hun godsdienst en van hun toewijding aan God goed spreken, dan zijn de rapen helemaal gaar. Want dat kan natuurlijk niet. [00:18:20] Of heeft het met iets anders ook te maken? Ik denk dat het met verschillende dingen te maken heeft, maar met schuld. Eigenlijk zou Europa, het christelijke Europa, met zijn filosofen en met zijn ontwikkelingen, dat zou toch een diamant moeten zijn in deze wereld. Europa, wij zouden moreel betere mensen moeten zijn. Hier zou het moeten gebeuren. [00:18:50] Maar de waarheid is dat het wel wat anders ligt. Want in datzelfde Europa van zijn theologen, van zijn filosofen, van zijn componisten, van zijn schrijvers, van zijn schilders, van zijn enorme cultuur en architectuur, daar zijn zes miljoen Joden op een industriële manier gedood. En niet alleen in de 20e eeuw, maar daarvoor ook al. [00:19:13] Er is een enorme schuld die op de schouders van het Westen drukt. En wat zou het nou zijn als we hen daarvan kunnen beschuldigen dat ze precies hetzelfde doen? En dan gaan we zeggen dat ze een koloniaal project hebben in Israël. Dat zegt dan Frankrijk, zeggen Fransen. Hoeveel koloniën hebben Frankrijk nog? [00:19:35] Nou, gelukkig zeggen ze het in de Verenigde Staten niet, want het is één grote kolonie, net zoals Australië en net zoals Nieuw-Zeeland, maar daar hebben we het allemaal niet over. Maar Israël wel, terwijl dat eigenlijk helemaal niet zo is. Er hebben altijd Joden gewoond, ook in Judea en Samaria. [00:19:52] Dat Joden zijn gewonnen in Bethel en in Shiloh en bij de Berg van de Vloek en de Zegende. Het is niet omdat de lucht daar zo schoon is of dat daar zo'n geweergeloze natuur is, maar omdat ze daar altijd gewoond hebben. Dat zijn de plekken die verbonden zijn met hun geschiedenis. Helemaal geen kolonie. En dan wordt er gesproken over genocide. Ja, iedereen snapt dat dat het niet helemaal is. Dus dan hebben ze een nieuw woord uitgevonden, genocidaal geweld. [00:20:22] Ja, disproportioneel. Ik las gisteren, er zijn 250 vrouwen verkracht, op z'n minst. Is proportioneel dan dat Israël zou zeggen tegen z'n leger en dan ga je gazen in en dan verkracht je daar 250 vrouwen en als je dat gedaan hebt kom je naar Haarlem. Is dat proportioneel? Is proportioneel wat wij gedaan hebben in de Tweede Wereldoorlog? [00:20:50] Eigenlijk had Duitsland de oorlog al lang verloren en toen zeiden de Russen in het oosten tegen de Amerikanen of tegen de Engelsen, die zeiden, er zit nog een regiment in Dreesden. Er zit nog een regiment SS'ers in Dreesden. En wat wij deden, we stuurden er 750 Lenkersters op af, die hebben de stad twee dagen gebombardeerd, rücksichtslos. Dat is genocide. Hiroshima is genocide. Nu waar, maar daar praten we dan niet over. [00:21:19] In Israël strijdt Hamas zonder uniform, in Gaza zonder uniform. En als er één op één burgers en strijders omkomen is dat natuurlijk erg voor die burgers. Maar dat is niks vergeleken bij wat wij deden bij ISIS en Mosul. Maar daar hoor je niemand over. Wat zou het zijn als het ware ons eigen gedrag weer kaatste naar Israël toe? [00:21:49] We spreken over apartheid. Over apartheid. Waar wonen Joden in Tunesië? Waar zijn ze gebleven in Egypte? Waar zijn ze gebleven in Jordanië? Daar woonden ze wel. Waar zijn ze gebleven in Syrië? Waar zijn ze gebleven in de Libanon? Over apartheid gesproken. Ik was in Israël en we verblijven dan in het settlements. Ik was ergens in het zuiden van de Jordaan-Vallei en ik las van wat later bleek, maar dat wist ik niet, in Niersteen. [00:22:18] Er kwam wat bloed uit en zo. En het was op een gegeven moment zo heftig dat ze zeiden, laten we het programma afbreken en we bellen wel in de volgende plek in het noorden, Schatman-Megola was dat, waar we verbleven bij vrienden, en kijken of daar de dokterspost open is. Dus we rijden er maar naartoe. En wij rijden er naartoe, anderhalf uur rijden, en we komen daar in Schatman-Megola in het noorden van de Jordaan-Vallei, in zo'n extreme kolonistische bubbel, zeg maar. [00:22:48] En dan is de dokterspost open. En de assistent onderzoekt mij, Rune even een test, en die gaat zo verder. En het gesprek, die zei, je moet veel water drinken, veel water drinken. En als je morgen nog last hebt, dan kom je maar weer. Ik zeg, moet ik ook iets betalen? Nee, zegt hij, dat is wel goed zo. Dus was het een Arabier. Zo'n jonge Arabische huisarts in Sattenham door Gola. [00:23:16] En dan hebben ze het hier over apartheid. Ja. Spreukes zegt, leugenbrood is zoet voor de mens. Maar daarna is zijn mond vol kiezels. [00:23:34] Het echte antwoord is natuurlijk, van al die jodenhaten, de overste van de wereld. Als je nu het evangelen van Lukas bekijkt, we gaan daar de volgende keer op verder. [00:23:43] Dan zie je twee teksten die tegenover elkaar gaan. De heer Jezus wordt, voordat hij aan zijn openbare werk gaat beginnen in Nazareth enzo, dan wordt hij de woestijn ingeleid door de heilige geest en daar heeft hij die verzoeking door de overste van de wereld. En die overste van de wereld die zegt op een moment, die zegt tegen hem, laten we het samen doen. Laten we het op een akkoord gooien. Kniel voor mij. Zegt hij tegen Jezus, tegen de Zoon van God. Kniel voor mij en ik zal je macht geven over alle koninkrijken van de wereld, want daar gaat het uiteindelijk toch om. Want die macht is aan mij gegeven en ik deel die macht uit aan wie ik wil. Dat zegt hij. En dan zegt de Heere Jezus niet, dat dacht je maar. Dat kan hij blijkbaar zeggen. Heeft dat te maken misschien met Romeine 1, dat Waar Paulus nog drie keer toe zegt dat God deze wereld heeft overgegeven aan de duisternis, omdat ze het verwerpelijk vinden om hem als God te erkennen. Dat we te maken hebben met de overste van de wereld, met de prins van het kwaad. En dat wij dat ook merken. Wij leven in een samenleving die zich van God heeft afgekeerd. Christen zijn een minderheid, Joden zijn nog een veel kleinere minderheid. [00:25:04] Maar als je naar de tv zou kijken, als je naar de meeste dagbladen kijkt, dan is God misschien hooguit af en toe een filosofisch idee waar ze nog wat over praten, maar denk maar niet dat God in de talkshows komt. Daar ze het verwerpelijk vinden om God als God te erkennen en hun eigen weg te gaan, heeft God ze over... Kan daarom de Satan zeggen, ik deel het uit aan wie ik wil in dit grote Romeinse rijk. [00:25:34] wat op dit ogenblik de dienst uitmaakt. Met al zo'n gode en afgode deel ik de koninkrijken uit aan wie ik wil. Maar in Lukas 10 staat iets anders. Daar komen de discipelen terug, ze zijn uitgezonden en ze zijn erover verbaasd dat zelfs de demonen hen onderworpen zijn, dat ze demonen uitdrijven. [00:25:57] En dan zegt de Heer Jezus, wees er niet verbaasd over en wees er niet verheugd over, wees er veel meer verheugd over dat jullie namen staan opgeschreven in de hemel. En dan gaat hij verder en dan zegt hij, de Vader heeft mij alle dingen in de handen gelegd. En later zal de Heer Jezus zeggen, na zijn dood en opstanding en zijn verheerlijking, ik ben de overste van de koningen der aarde, ik ben de alfa en de omega. Die twee machten staan tegenover elkaar. [00:26:26] Aan de ene kant de overste van de wereld en aan de andere kant de leeuw uit de stam van Judah, de zoon van God. En wat doet die overste van de wereld? Hij verzet zich tegen de Bijbel, tegen al wat God of voorwerp van verering is. Hij is de vader van alle leugens. [00:26:49] Dat is waar hij mee werkt. Hij is de vader van alle leugens. En net zoals bij Adem en Eva in het Paradijs, en net zoals bij de Heer Jezus in de woestijn, putt hij graag uit de Bijbel. [00:27:03] Alleen hij manipuleert de Bijbel. Hij gebruikt de Bijbel zoals hij hem wil gebruiken. Het zou je niet verbazen dat dat from the river to the sea van de rivier tot aan het einde dat dat een tekst is uit de Adrenoium 11. Hij gebruikt dat gewoon uit de Bijbel. We willen het liefst godswoorden gebruiken en ze dan benutten voor zijn eigen doel. Hij haalt die tekst uit Deuteronomium, waar God zegt dat overal waar je voetstap zet, Joshua, daar zul je leven als volk. En hij gebruikt het om Israel daar weg te hebben. We leven in een tijd van woorden. [00:27:48] In het boek openbaring wordt gesproken over het getal 666 en natuurlijk dat is de getalswaarde van Keizer Nero of van 616, zijn ook handschriften die dat hebben, dat is de getalswaarde van het beest, Theria, het beest. Maar 666 in het Hebraeus, omgezet in letters, is WWW. We leven in een tijd van de mail en de pers, van de media en de pers. [00:28:15] We leven in de tijd van WWW, met al het goede waar we gebruik van kunnen maken, maar ook, het is een machtig wapen, machtig wapen. Ik zeg honderd keer dat er genocide gepleegd wordt in Gaza en het gebeurt. Het meest redelijke is dat je zegt, als er werkelijk genocide is, als Israel werkelijk uit zou zijn op genocide, dan doen ze het heel erg slecht, want dan zou die oorlog daar binnen twee dagen, binnen één dag al voorbij zijn. Sneuvelen niet zoveel Israëlse soldaten, omdat ze genocide plegen, maar omdat ze geen genocide plegen. Maar wat doet het ertoe? De duivel brengt het binnen. [00:29:03] Wat hij gedaan heeft is natuurlijk, hij heeft verloren op Golgotha, dat weten we allemaal. De toekomst is niet aan de oversten van de wereld, de toekomst is aan het Koninkrijk van God. [00:29:14] maar heeft geprobeerd om een overwinning, een geweldige overwinning op God te behalen. Door als het ware te zeggen, maar God, straks zal ik verwezen worden naar de pool van vuur met de doden, met de dodenrijk. Maar dan moet u mij één ding nageven. Als uw koninkrijk begint, dan is het volk dat u geformeerd heeft, wat eeuwenlang de lofprijzing heeft gaande gehouden, wat de Messias, wat de Bijbel de wereld in gebracht heeft, wat dé getuige van u is geweest, dat is er niet meer. [00:29:45] Sinds Auschwitz en Sobibor en Belzec is dat er niet meer. Dan kan de duivel met een glimlach z'n ondergang binnengaan. Het is niet gebeurd. Het was vreselijk, maar het is niet gebeurd. In hetzelfde hoofdstuk van de Doredoodsbeenderen waait de vlag van de Davidster boven de gebouwen van Israël. God is bezig z'n volk te verzamelen. [00:30:16] En de twee stukken hout worden samengevoegd. De stammen van Jozef, de tien stammen en de stam van Juda. Het wordt weer één volk met één herder. Daar gaan we naartoe. [00:30:30] Het is hem niet gelukt. En wat hij nou probeert, is dat hij... Ja, hij weet dat wel. Ik bedoel, misschien dat er allerlei christenen zijn die dat een beetje kwijt zijn. Maar als de Messias komt, als het Koninkrijk komt, waar komt het? Het komt niet in Lunteren. Het komt ook niet in Utrecht. Het komt ook niet in New York. Maar het komt in Jeruzalem, op de Olivenberg. Daar zullen zijn voeten staan. Dat zou iedereen moeten weten. God zegt in Zacharië 8, ik ben in vurige ijver voor Sion ontbrand. Voor Jeruzalem. God is de grote Zionist. Hij is degene die met heel z'n hart z'n volk plant in dat land. Hij heeft Abraham er naartoe gehaald. Abraham is niet eerst de Zionist, dat is God. Daar heeft God voet aan land gezet, om het zo eens te zeggen, uit zijn onmetelijke universum. En wat zou het zijn? [00:31:26] Als straks het koninkrijk komt, want de kinderen van Israël komen al thuis en ze zullen leveren, Israël gaat, Israël leeft, dat de plek bezet is. In plaats van de tempel bezet is. Dat het allemaal weg is. Als het aan de wereld ligt, ze hebben het over bezette gebieden, maar het gaat over de Olivenberg, het gaat over de Tempelberg, het gaat over Beto, het gaat over Shiloh, het gaat over alles wat heilig is. [00:31:57] Wat zou het zijn als de wereld uitspreekt dat daar geen Joods meer mag wonen? Ja, dat is wat. Dat is wat als de wereld dat uitspreekt. Wie u vloekt, zal ik vervloeken. Wat zal dat voor de wereld betekenen als ze dat doet? God die... Jezus die weent om Jeruzalem. God die vol ijver is. We lezen de profetische geschiften waar God wraak neemt op diegenen die zijn. [00:32:36] Ik las vanmorgen zijn plek bezet hebben. Zijn plek verwoest hebben. Die de tempel verwoest hebben. Ik las vanmorgen in mijn stille tijd Ezekiel. Ezekiel 35. Waar God een oordeel uitspreekt over Edom. Omdat ze me meegeholpen hebben met de deportatie van de Joden naar Babel. En omdat ze zeggen, dat land is van mij. En nu gebruik ik het voor mezelf. [00:33:04] En dat God dan Edom vervloekt, ja, dat is wel zo. Goed. Het lukt hem niet. Het lukt hem niet om dat te doen. Maar ondertussen is daar die kerk, die wereldkerk, die volgelingen van de heer Jezus, die in de God van Abraham en Isaac geloven, die dezelfde Bijbel lezen ook, die de psalmen zingen. Hij doet die kerk. [00:33:32] Die zal dan tegen hun opstand komen. Dat zal een geweldige macht zijn in de hemelse gewesten om de Satan met al zijn misleidingen en met al zijn plannen tegen te houden. Maar dat weet hij zelf natuurlijk ook wel. En dan strooit hij zand in de ogen van de kerk. En je kunt je afvragen waar zijn we het meest mee bezig in de kerk. [00:33:59] Is het misschien zo, en Paulus schrijft erover in 2 Korinther 3 en 2 Korinther 4, dat het evangelie... Heeft hij ervoor gezorgd dat het evangelie bedekt is? Ik zal niet zeggen dat wat we geloven niet waar is, maar wat we geloven nou in de kerk? Waar zijn we vol van? Waar zijn we vol van? [00:34:28] Straks, maar dat is de volgende keer, zullen we zien dat de grote boodschap van de volgelingen uit de wereld zal gaan worden dat er leven na de dood is. Zijn we daar vol van? Draait het daar allemaal om? Hebben we daarom de profeten niet meer zo nodig? Hadden we af en toe wat... Zijn we zo met de Bijbel bezig? Ik zeg niet dat u dat doet, maar ik zie het wel om me heen gebeuren. Ik zeg vaak, het is geen exegese, het is geen uitleg, het is niet een naspreken van God, maar het is associatief. Gewoon teksten nemen die je dan zo kunt behandelen dat er iets voor jou uit naar voren komt. Is je daarmee bezig? [00:35:16] Is de overste van de wereld, duwt die ons in een bepaalde hoek, dat we alleen nog maar bezig zijn met ons behoud? Of drukt die ons in een andere hoek, dat we alleen nog maar bezig zijn met... Het is goed, het is goed, met worship, dat we daar helemaal in, dat er helemaal... helemaal... [00:35:39] Buiten onszelf van verlangen, van aanbieding, van toewijding zijn. En dat de overste van de wereld zegt, ga daarmee door, ga daarmee door. Maar vergeet de oogappel van God. En laat dat aan mij over. Gun mij ook een stukje overwinning. [00:36:04] We gaan in deze lezingen de focus op onszelf zetten. En de vraag is, we moeten het zand uit onze ogen wrijven. We moeten de Bijbel helemaal serieus nemen. Niet alleen die teksten die over ons gaan, niet alleen die teksten die we interessant vinden. Ik ben Jeremia en Ezekiel aan het lezen, dat zei ik daarnet al, Ezekiel. En dat is zo, zo corrigerend ook voor mezelf. En dan lees ik over God. Over zijn Tense woede en ze intense liefde. Als hij een geding heeft met zijn eigen volk, omdat de volkeren mee heulen met de wereld en hun vertrouwen niet meer op hem stellen. En dan sta ik erbij. En dan zie ik dingen die ik eigenlijk niet zou willen lezen. Ik zie contexten tegen die ik zomaar niet vanaf de kans zou durven uitspreken, omdat ze zo grof zijn. [00:37:05] En dat is God dus. Het gaat om heel het woord. Het oude en het nieuwe testament is een eenheid en soms gaat het vaak niet over mij. Het gaat om God. [00:37:24] En daarin lees ik dat Jezus de Zoon van God is, maar dat hij ook de leeuw uit de stam van Juda is. Dat lees ik ook in het Nieuwe Testament. Zo word je genoemd in openbaring 5. Als de engelen vragen en de mensen in de hemel vragen, de laatste rol, wie zal dat verbreken? Wie is waardig om de laatste zegels te verbreken, zodat de laatste dingen hun beslag krijgen? En dan roept een stem in de hemel, de leeuw uit de stam van Juda. [00:37:54] Die is waardig. Zo heet die. Dat is geen archaïsme. Het draait in het Nieuwe Testament om de komst van het Koninkrijk, maar wat dat is, daarvoor moeten we naar de wettende profeten. Ik ben op dit ogenblik met Lukas bezig, heel intensief, en dan proberen mensen ook die boodschap van Lukas in één woord samen te vatten. [00:38:17] Dan zeg je ja, nu gaat de boodschap van God naar de wereld. En dat is ook zo. In het Nieuwe Testament zie je, met name Paulus, dat het de wereld ingaat. De wereld wordt bekendgemaakt met het heil van God en met de komst van het Koninkrijk. Alle volkeren moeten het horen, dat is het zo. Maar dan lees je ineens dat iemand zegt ja, en dan wordt Israël opnieuw gedefinieerd. [00:38:44] En dan denk ik, dat is een dogmatische opmerking die geen fundament heeft. Want waar haal je dat nou vandaan? Waar staat nou in de Bijbel dat God bezig is om zijn belofte te veranderen? Dat God bezig is om Israël opnieuw te definiëren en dat wij dat dan zijn en mogen de Joden dan ook bijkomen? [00:39:10] Het loopt door. Het is een eenheid. Het gaat om de wettende profeten. Er gaat geen titel, geen jood ervan af. Dat het enige wat gebeurt in het Nieuwe Testament, dat is wat de profeten gezegd hebben. Dat uiteindelijk het hel, waar God ons tegen Abraham zei, dat het hel naar de wereld toe gaat. En dat Israël, dat de volkeren binnengebracht worden in de eeuwenoude gemeente van God. Dat is wat er gebeurt. De volken hebben er ook deel aan wat aan Israël beloofd is. Het is niet zo dat Israël opnieuw gedefinieerd wordt. God is één. God praat in het Nieuwe Testament niet anders dan in het Oude Testament. En als hij dat wel doet, dan moet je in de leer. God is niet anders geworden. God is dezelfde. [00:40:03] Degene die gesproken heeft over Edom en Ezekiel, dat is dezelfde als degene die Paulus op de weg naar Damascus in zijn kraag gegrepen heeft en tot bekering gebracht heeft. We moeten de Bijbel ook met voorzichtigheid en met bescheidenheid lezen. [00:40:33] En daarvoor ga ik naar het Johannes-evangelie, het oudste evangelie. Wat geschreven is voor Joden, niet waar? Paulus heeft een ontmoeting, vertelt hij in een gelaten brief, met de leiders van de nieuwe beweging, met de nieuwe stroming, Jacobus en Peterus en Johannes. En zij zullen naar Israël gaan en gaat hij naar de heidende. Dus Johannes schrijft voor de Joden. Zo vreemd is dat niet. En Joden zullen ook elk hoofdstuk herkennen en herkennen. Want wat Johannes doet, hij laat een heel bepaald licht op de heer Jezus schijnen. [00:41:04] En dat is dat hij de profeet is met een hoofdletter die God beloofd had dat er zou komen aan Mozes. Na u komt iemand uit uw broederen, naar hem zal het volk luisteren. En dan is er nog meer wat met Mozes te maken heeft, want het evangelie wat drie jaar omslaat begint met het feest van paas en het eindigt met het feest van paas, het feest van de uitocht en het feest van de intocht van Israël. En inmidden de hoofdstukken 7, 8 en 9 en voor een gedeelte ook 10 het loofwittefeest, dus het feest van de doortocht. En elk hoofdstuk dat roept een herinnering op aan de uitocht en de doortocht en de intocht uit de woestijn. [00:41:54] En dat is niet voor niks. In het eerste hoofdstuk zegt Johannes, als het waar is, hij laat in het eerste hoofdstuk... Nee, laat ik eerst dat andere ook vertellen, want dat is ook belangrijk. [00:42:13] Hij vertelt, hij knoopt vast aan de Joodse traditie, dat God de Torah, door wie alle dingen geschapen zijn, dat hij die heeft aangeboden aan alle volken, aan Edom, maar die wilden hem niet omdat er stond, gij zult niet doodslaan, en Moab en Ammon wilden hem niet omdat het staat dat je geen verkeerde seksuele relaties mag hebben, en daarom wilden zij het niet, gaat het verhaal. En uiteindelijk is het Israël die de Torah op de Sinei in ontvangst neemt en daarmee gaat leven. Zo begint het. Zo begint het evangeliën. In het begin was het Woord, de Tora en het Woord was bij God en het Woord was God en alle dingen zijn door het Woord geworden en zonder het Woord is er geen ding geworden wat geworden is. In het Woord was het leven en het leven is het licht der mensen en het licht schijnt in de duisternis van deze ongevormde wereld. [00:43:03] En hij is gekomen dat het Seine, het licht straalt in de duisternis, het Seine tot de wereld, tot de mensen die God gemaakt heeft. Maar de Seine deze wereld heeft hem niet aangenomen. Maar die hem aangenomen hebben, die in zijn naam geloven, die heeft hij het recht gegeven om kinderen godsgenaamd te worden. namelijk die niet uit het wildes vlees is, nog uit het wildes mans. Kijk maar naar Abraham, 75 jaar, nog nooit kinderen gehad, maar uit God geboren zijn. Zo begint het, hebben we dus anders gelezen, maar ik denk dat je het zo moet lezen. En dan gaat hij verder en dan zegt hij dat woord wat Israël aangenomen heeft, wat Israël geloofd heeft, waardoor alle dingen gebeurd zijn en waar Israël al eeuwen mee leeft, en dat woord is nou vlees geworden. En heeft onder ons gewoond, heeft onder ons een tabernakel opgeslagen. [00:43:52] God heeft uit zijn volheid gegeven genade op genade. Eerst het woord en nu het levende woord. Dus als iemand het zou moeten geloven, zijn jullie het wel, zegt de Ohannes. En dan gaat hij verder en dan zegt hij dat hij het allemaal voorbijkomt. De profeet en de Messias en de Koning van Israël en de Christus en de Zoon is mensen en de Zoon van God en het Lam Gods. En dat is hij ook allemaal. En dan zegt hij in hoofdstuk 2 dat hij van water bloed maakt, zoals Mozes. Eerste wonder dat hij van water bloed maakt en Jezus maakt van water wijn, rood als bloed. Hoofdstuk 3, Nicodemus, die Jezus oproept om zich klaar te maken voor de komst van het koninkrijk. En dan vertelt hij over de slang in de woestijn. [00:44:47] Over die slang die verhoogd is, waardoor de mensen als ze daar hun vertrouwen op stellen, genezing ontvangen, veranderd worden en van hun zonde verlost worden. Wat was de zonde van die slang? [00:45:01] Zomaar zonde in het algemeen? Nee. God had giftige slangen gestuurd omdat Israël in Numerië, lees je dat, omdat Israël het er zat van was van die woestijnreis. Die wilde helemaal niet meer naar het beloofde land. Die wilde terug naar Egypte. Daar hadden ze een konkombis en meloenen en weet ik wat allemaal. Ze waren helemaal flauw van het malen. En dan zendt God giftige slangen als ze niet verder willen. [00:45:23] Er zit een boodschap achter. Nicodemus maakt je klaar voor het koninkrijk, maar de kinderen van Israël moeten terugkomen. Ze moeten daar zijn, maar het gaat gebeuren. Hoofdstuk 4 komt zo. En hoofdstuk 5, ook zo'n hoofdstuk. Weet je wel, die man die daar bij het badwater Bethesda zit. 38 jaar lang. [00:45:47] verlamd en er is niemand die hem erin brengt. En dan komt de Heer Jezus en die geneest hem en dan neemt hij zijn bed op en dan wandelt hij daarmee door de straten van Jeruzalem en dan blijkt het Sabbat te zijn en sommige van de fariseers die nemen daar aanstoot aan en die zeggen daar iets van en dan zegt die man, ja maar degene die mij gezond gemaakt heeft, die zei neem je bed op en wandel en dan komt de Heer Jezus hem tegemoet en die zegt tegen hem, zondig niet meer opdat u niet iets ergers overkomen. [00:46:17] Wat heeft die man gedaan? Wat is zijn zonde? Iedereen begrijpt het die het leest. Ik niet, ik ben een buitenstaander. Ik ben geen jood. Maar de joden snappen het wel. Die denken 38 jaar, ik snap wat je bedoelt. Hij lag niet in. Bethesda, dat was een soort waterreservoir voor de tempel. Maar in Bethesda, daar was een nieuwe Joodse wijk in de tijd van die Nieuwe Testamenten. En daar was een heiligdom van Asclepius. De Griekse god van de genezing. Daar had die man gezeten. Daar had hij zijn vertrouwen opgesteld. Dat is een zonde. En dat mag je nooit meer doen. En dan gaan we terug naar de Bijbel, naar de woestijn. En dan zien we daar de heilige bron, Kadosh Bornea. [00:47:06] En dan stuurt Mozes verspieders uit, rechtvaardige mensen, naar het land Israël en ze doorreizen dat en ze komen terug en ze zeggen het wordt helemaal niks. En het volk begint te huilen, laten we maar weer teruggaan, we komen daar van zo langs als een leven niet binnen. Er zijn versterkte steden, er zijn allerlei volkeren die daar wonen, die zitten niet op ons te wachten. [00:47:24] En er zijn er maar twee die hun vertrouwen stellen op God en de rest stelt dus hun vertrouwen niet meer op God, maar op de goden van Kanaan. Dat die sterker zouden zijn, dat God niet weet wat hij doet, dat hij daar niet tegen opgewassen is. En dan laat God ze 38 jaar lang ronddolen, lamlendig, doordat ze bij de Beekzerre komen. Dat is de boodschap. [00:47:48] Of toch zes, het manna dat uit de hemel komt. Daarover spreekt Jezus. Als hij het brood gedeeld heeft en als van alle stukjes die over zijn, twaalf manden gevuld worden, want ze moeten ze allemaal oprapen. Dat heeft niks te maken dat Jezus zo ecologisch wil zijn. Dan hebben we gepiknickt en dan moeten we het ook opruimen of zo iets dergelijks. Nee, die twaalf, alle stammen van Israël, alle kinderen Israëls moeten er zijn. [00:48:15] Hoogstuk 7, de steenrots waar het water uit vloeit. Jezus zegt wie dorst heeft komen tot mij. En uit zijn binnenste zullen stromen van levend water komen, heeft de schrift over mij gezegd. Ik ben die steenrots. Ik geef het levende water. Over stuk 8. Als er kandelaren opgesteld staan in Jeruzalem bij het loofwittefeest. Die herinneren, hele immense kandelaren, die herinneren aan de volkorlommen. En dan zegt de Heer Jezus, ik ben het licht van de wereld. Wie in mij gelooft zal in de duisternis niet wandelen. [00:48:53] Als Moses aan het einde van zijn leven gekomen is, dan vraagt hij aan God om een opvolg aan te stellen op dat het volk Israël zegt, die in Numerie 27 niet zei, als een kurde zonder header, dat ze maar niet wat gaan dwalen. En dan stelt God Yeshua aan. Jezus in het Grieks, Joshua in het Hebreeuws. En dan wordt hij geïnstalleerd voor het oog van Eliezer. [00:49:22] De nieuwe hoge priester. En dan vertelt Jezus in Johannes 10 dat hij de goede herder is. En dat hij nog schapen heeft die van deze stal niet zijn, die moet hij ook toebrengen. En dan zullen we er één herder en één kunnen. En dan gaat hij naar Eliezer. Ook toevallig, nee niet toevallig. In het Griekse is dat, zijn vergrieksting is Lazarus. En hij wekt hem op uit de dood. [00:49:49] Als een generale repetitie van wat er gaat komen. Met dat prachtige gebed voor het open graf. Ik weet dat u mij gehoord hebt. Wat een geloof. En dan laat hij zich binnen rijden als de koning van Israël. Dat is wat Johannes daar uithaalt. De koning van Israël. En met Israël worden de twaalf stammen bedoeld. Daarom was de Heer Jezus ook bij die Samaritaanse vrouw. [00:50:18] op het gebied waar Jozef begraven is. Alsof Jozef meekijkt naar de put. Dat er geen brood is. En dat hij zichzelf bekend maakt. Het huil is uit Judea, uit de Joda, uit de Judayoi. Maar het is voor de Samaritanen ook. Voor Efraim en Manasseh ook. Voor alle Jozefstammen. En dan gaat die Jezus Jeruzalem binnen en dan is dat moment van... [00:50:48] Twijfel zal ik niet zeggen, maar wij weten wat er gaat gebeuren van ontroering. En hij zegt, mijn vader, wat zal ik zeggen nu het aanbreekt. [00:50:59] Verlos mij deze uren, maar hiertoe ben ik toch in deze uren gekomen. Vader, verheerlijk uw naam. En hij zegt, God, ik heb hem verheerlijk bij Lazarus en ik zal hem nogmaals verheerlijken. Ga maar. [00:51:13] En dan zeggen de mensen, wat was dat? Want ze hoorden alleen een groot geluid uit de hemel. En dan zegt hij, dit is voor u gebeurd. Nu gaat er een oordeel door de wereld. De overstoot van de wereld wordt buitengeworpen. En als ik verhoogd zal zijn aan het kruis, dan zal ik ze allemaal tot me trekken. Niet verafstammen. [00:51:34] Want u weet wel, want Sanhedrin was bij elkaar gekomen en die had besloten dat Jezus moest sterven. Ze hadden geen andere keuze voor een gevolg. Want als ze deze volksbeweging zouden doorgaan, zeker naar de opstalling van Lazarus, dan zouden de Romeinen wel eens zenuwachtig kunnen worden en kunnen ingrijpen. Dat was al eerder gebeurd dat iemand zich uitgaf voor de koning van de eindtijd. En Caiaphas had gezegd, het is beter dat één mens sterft dan dat we er allemaal aan gaan. De stad, de mensen, onze positie. [00:52:03] Onze positie, dat is wat. Voor zijn positie geeft hij Jezus op. Dat gebeurt nog steeds. De volle Jezus dan. Geeft hij Jezus op voor zijn positie. En dan zegt hij, het is beter dat één mens sterft dan dat het gehele volk verloren gaat. En dan tekent Johannes erbij aan. [00:52:28] dat hij profiteerde als hogerpriester, dat Jezus zou sterven voor het volk en om de verstrooide kinderen gods bijeen te verzamelen. Ze moeten komen! Ze moeten komen! Nieuwe Exodus is bezig! De Messias komt! En dan moet het volk daar zijn waar ze thuis horen! Dat gaat gebeuren! En dan gaat hier Jezus naar het kruis. En op het kruis overwint hij. [00:52:58] overwint hij. Ik wil er één ding uithalen. En dat is wat Johannes als enige vertelt. Dat van zijn lichaam, als het van het kruis afgehaald wordt of daarvoor al, als hij gestorven is, geen been gebroken wordt. En dat wordt in de Bijbel eigenlijk alleen gezegd van het paasland. [00:53:20] Dus Jezus is niet alleen de nieuwe Mozes die zijn volk verzamelt om terug te keren naar het erfdeel des heren, maar hij is ook het paaslam dat het mogelijk maakt. Want in de nacht waarin het paaslam geslacht werd, toen begaf de kracht het van de goden van Egypte en gingen de deuren open. [00:53:42] En zo zal Paulus laten zeggen dat hij het handschip dat tegen ons was met zich aan het kruis genomen heeft. En daar heeft hij de macht ontwapend. De macht ontwapend. Ja, dat staat er wel. De macht ontwapend en openlijk tentoongesteld. Snap je wel? [00:53:59] Zo moeten we de evangelie lezen. En dat wil niet zeggen dat er niet allerlei dingen ook voor onszelf zijn. Als er staat, O zo lief heeft God de wereld gehad. Deze wereld waarin het volk verstrooid is. Hij heeft deze wereld ook lief, maar ook waarin zijn volk verstrooid is. En hij heeft zijn zoon gezonden, die als de herder van Israël zijn volk gaat verzamelen. Zodat ze niet verloren gaan. Zodat ze niet gaan dwalen. Nergens uitkomen. In deze wereld ten onder gaan. Zoals je ook ziet gebeuren. [00:54:30] Een wereld is trouwens ook in het Johannes Evangelie niet alleen maar de planeet aarde, want hij zegt op een gegeven moment, Jezus zegt, ze hebben mij gehaat, de wereld zal jullie ook haten, discipelen, want in hun Torah staat geschreven, dus de wereld is de wereld waar Israël soms ook in verblijft en die aan Israël vastkleeft. [00:54:51] En Jezus is gekomen om zich daaruit los te maken en ze te verenigen onder zijn naam. En dat is natuurlijk ook iets voor ons. Want wij leven in een wereld waar de overste van zegt, ik deel de lakens uit. En hij zegt het omdat God gezegd heeft, ik geef deze wereld over aan het kwaad dat ze zelf kiezen. Daar leven wij in. [00:55:15] Het is de bedoeling dat we daarin niet gaan dolen en dwalen, dat we de weg niet kwijtraken, dat we niet verloren gaan. Maar dat we het zicht houden op wie God is en wat zijn plannen zijn. Dat we het zicht houden op Jezus, de Zoon van God, die voor onze zonde gestorven is, ja. Maar die ook degene is die de stammen van Israël verzamelt. In deze tijd zien we dat gebeuren. En die de geschiedenis voortdrijft, want alles ligt in zijn handen op weg naar Gods Koninkrijk, de jongste dag. [00:55:48] De volgende keer zullen we met elkaar spreken hoe die joden, haat als het ware, zich in de kerk genesteld heeft en wat het evangelie van Lukas daarop zegt. Maar voor nu zullen we samen afsluiten met het gebed. Heer God in de hemel. Het is geweldig om te mogen vasthouden aan uw woord en in alle bescheidenheid uw woord te lezen hoe u weggaat, zoals u altijd gedaan heeft. U bent de God die niet verandert. U blijft dezelfde. Ik ben die ik ben. En zo leven wij als gelovigen uit de volkeren met uw woord, met de profeten. We staan erbij en lezen over wie u bent en over uw passie en over uw boosheid ook om de zonde. [00:56:33] En we lezen over het evangelie dat uit Israël de wereld in gegaan is. Help ons om daar trouw in te zijn. Help ons om niet te zwichten voor de verleiding van de duisternis als die tot ons komt met uw woorden. En als we die woorden als leugenbrood willen slikken omdat ze maar de helft van de waarheid zijn. [00:57:00] Maar wel omdat wij dan in het middelpunt staan. Dat is een verleiding voor ons hier. Bevrijd ons daarbij. Bevrijd ons van onze eigen hoogmoed en van onze eigen focus op onszelf. Zodat we ook krijgen voor u en voor de weg die u gaat. Met uw volk Israël en met al uw kinderen in deze tijd. Amen.

Other Episodes

Episode

April 12, 2024 00:36:35
Episode Cover

Uitzending 12 april: Mirjam: “De terroristen probeerden ons huis binnen te dringen toen wij in de safe room zaten”

De Nederlandse Mirjam Reijnen en haar gezin wonen in Nahal Oz, een kibboets vlakbij de grens met Gaza. Op 7 oktober dringen terroristen de...

Listen

Episode

July 24, 2024 00:31:49
Episode Cover

Uitzending 24 juli • Esther Voet: “Volkskrant, NRC en Trouw bedrijven activistische journalistiek. Dat mag, maar kom er dan voor uit”

Esther Voet wordt regelmatig uitgescholden en bedreigd op X. De hoofdredacteur van het Nieuw Israëlietisch Weekblad twittert regelmatig over de oorlog tussen Israël en...

Listen

Episode

March 26, 2025 00:35:09
Episode Cover

Podcast 26 maart • Onze reactie op de beschuldigingen tegen Christenen voor Israël

In de afgelopen dagen is Christenen voor Israël volop in het nieuws geweest door een onderzoek van meerdere mediapartners. In dit onderzoek worden verschillende...

Listen